Water is van levensbelang. Schoon drinkwater en voldoende water voor de voedselproductie wordt wereldwijd echter een steeds groter knelpunt. In Leeuwarden zoeken tientallen bedrijven en onderzoekers naar oplossingen. De ambities zijn groot: Leeuwarden wil de Europese hoofdstad van watertechnologie worden. Of beter gezegd: Capital of Water Technology. Afgelopen vrijdag, 23 januari, werd een uitbreiding van de Watercampus gerealiseerd. Het nieuwe gebouw op de WaterCampus Leeuwarden is het hoofdkwartier van Wetsus, het European Centre of excellence for sustainable water technologie.
Friesland is de waterprovincie bij uitstek. De Elfstedentocht, Sneekweek en het skûtsjesilen spreken boekdelen. Met water is echter veel meer te doen dan er over varen of schaatsen. In Leeuwarden wordt op talloze manieren gewerkt aan watertechnologie, oftewel het bewerken van water. Zoals het zuiveren van afvalwater, energie- en grondstofwinning uit water en producten en diensten die gericht zijn op de drinkwatervoorziening, om maar enkele voorbeelden te noemen. De sector groeit snel en Leeuwarden vervult daarin een internationale rol als koploper.
Leeuwarden timmert internationaal aan de weg als het gaat om watertechnologie. Uit de hele wereld komen mensen naar de Friese hoofdstad om te kijken wat voor onderzoek er wordt gedaan en wat er allemaal al is uitgevonden. Ze komen dan terecht op WaterCampus Leeuwarden, waarin kennis- en onderwijsinstituten, bedrijven en intermediairs met elkaar samenwerken. Het nieuwe gebouw op de WaterCampus Leeuwarden is het hoofdkwartier van Wetsus, het European centre of excellence for sustainable water technology. Wetsus werkt aan het ontwikkelen van rendabele en duurzame waterbehandelingstechnologie van topniveau. Dat doet zij samen met 100 internationale bedrijven en 20 Europese universiteiten. Daarmee levert Wetsus enerzijds een bijdrage aan de groeiende wereldwijde behoefte aan schoon en veilig water. Anderzijds legt zij de basis voor een duurzame ontwikkeling van de Friese (kennis-)economie. Naast de hoofdgebruiker Wetsus neemt ook het Noorse Aqua Nirvana Foundation (ANF) intrek in het gebouw. De missie van deze investeringsmaatschappij is dat wereldwijd alle mensen schoon en veilig drinkwater hebben. Daarom investeert ANF in duurzame watertechnologieën. ANF heeft WaterCampus Leeuwarden gekozen als ideale vestigingsplek voor het verwezenlijken van haar ambities.
Behalve onderzoek en ondernemerschap is er nog een belangrijke poot in de Watercampus aanwezig: het onderwijs. Wetsus werkt nauw samen met zowel universiteiten als het HBO (Van Hall Larenstein, NHL) en MBO (Nordwin College) om zo genoeg gekwalificeerde werknemers te krijgen voor de groeiende sector. Er zijn zelfs talentprogramma’s voor basisschoolleerlingen. De samenwerking met het onderwijs is ook hard nodig. Net als in de zuivelsector, eveneens een florerende sector in Friesland, is de aanwas van jonge vakmensen klein. ‘De sector groeit en vergrijst.’
De uitbreiding heeft economische voordelen, stelt wethouder Henk Deinum. ‘We willen hoogwaardige werkgelegenheid in de regio en onze stad. Er zijn nu ruim 100 ‘waterbedrijven’ in de regio en dit aantal groeit gestaag. Ik verwacht een groei van meer dan 2500 banen in de komende vijf jaar.’ ‘Watertechnologie is een gigantische groeimarkt. Er worden miljarden in geïnvesteerd. Ik verwacht dat de komende jaren door de markt en in publiek-private samenwerkingsprojecten een paar honderd miljoen euro in Fryslân geïnvesteerd gaat worden.’ De groei van de waterbedrijven heeft ook een stimulerend effect op andere bedrijven. Ook toeleveranciers pikken een graantje mee. Boonstra: ‘Friesland heeft een goede maakindustrie en dat is belangrijk voor de waterbedrijven, want die hebben behoefte aan bedrijven die hun unieke kennis in een product kunnen omzetten. Denk bijvoorbeeld aan bedrijven in roestvrijstaal die nu installaties voor de waterzuivering maken.’ Boonstra is blij met het enthousiasme van gemeente en provincie en met de miljoenen die in de uitbreiding van de Watercampus worden gestoken. ‘Wetsus is tien jaar geleden begonnen met als subdoel de uitstroom van kennis uit de provincie te keren en jonge hoger opgeleiden in Friesland te houden. Het is goed dat de regionale overheden zo lang hebben doorgezet en vertrouwen hebben gehouden in het project. Het was een zaak van lange adem, maar het oogsten is nu begonnen.’